Parijs, Germinal Jaar II (april 1794) Haar neus raakt bijna het papier. Marie-Anne trekt strakke, krachtige lijntjes. Haar wijsvinger en middelvinger zitten onder de inktvlekken. Af en toe kijkt ze naar de opstelling op de tafel tegenover haar: een ingenieus systeem van kolven en vaten die via glazen buizen met elkaar verbonden zijn. Vanochtend heeft […]
Toen de klok luidde – door Emily Visser
Aken, 793 na Christus Alcuinus leunt achterover, legt zijn ganzenveer neer en vouwt zijn handen in zijn schoot. ‘Weet je het zeker?’ Hij kijkt vragend naar de magere jongeman voor hem. De blauwe ogen kijken hem niet aan, maar lijken mijlenver weg. Het stroblonde haar ligt in oneven pieken tegen zijn schedel aan. Waar hij […]
Midden in de winterstorm – door Marloes Jongewaard
De Utrechtse Heuvelrug, 23 december 688 Niets had geholpen. Waarschijnlijk was dat al eeuwenlang het geval, maar werd zowel bijgelovigheid als koppigheid generatie op generatie doorgegeven. Die ochtend waren er pootjes van vermagerde vogels geofferd aan goden waarin niemand nog echt geloofde, schapenvachten aangeraakt die geluk moesten brengen en werd er naar de lucht getuurd […]
Buiten veilige muren – door Annejet Groenewegen van der Weiden
Dublin, april 1916 Clare liet zich vallen op een van de matrassen in de gang, maar ze betwijfelde of ze zou kunnen slapen. Na enkele dagen was ze nog steeds niet aan het strijdgeluid gewend geraakt en al haar spieren voelden gespannen. Toch hield ze haar ogen gesloten in de hoop dat ze dan tot […]
Een verloren Vermeer – door Jeroen Windmeijer
Slot Fischhorn, Oostenrijk, augustus 1945 Het gestamp van de soldatenlaarzen galmde door de brede gangen van slot Fischhorn, prachtig gelegen in het bosrijke gebied rond Zell am See. De soldaten van de 101st Airborne Division doorkruisten de grote Spiegelzaal. In andere tijden hadden hier luisterrijke bals plaatsgevonden. Iedereen die er in nazi-Duitsland toe had gedaan, […]
Van Groenens spijt – door Carina Bottema
’s-Heerenberg, lente 1605 Oh mijn hemel, daar zit ze weer. Met haar oude botten op die stenen trap. Mijn buurvrouw, Mechteld. Even overweeg ik om de achterdeur van het stadhuis te nemen. Wekenlang liep ze te drammen om een rechtszaak. Ze moest en zou iedereen in Bergh ervan overtuigen dat ze geen heks was. Al […]
Een Kater in Villa Ainola – door Victor Lemstra
Järvenpää, Zuid-Finland, winter 1908 De heks Louhi stopte vieze dingen in mijn mond. De boze heerseres van het Noordland had mij wel vaker in haar tengels gehad, maar nog nooit zo venijnig als nu. Ik at pasteitjes met de smaak van dode muizen, rookte sigaren van strokarton en de cognac was agressief als ammoniak. Maar […]
De Zilverberg – door Ayleen Anders
Potosí, Onderkoninkrijk Peru, 1672 Miguel wist dat Hector García Rodriguez zijn rekening niet kon betalen, dat hij het geld al had uitgegeven aan gokken, hoeren en hondengevechten, en hij daarom zo slecht gehumeurd was. Maar moest hij zo schreeuwen? Tegen de abt nota bene? ‘Señor, u moet begrijpen dat wij niet langer in staat zijn […]